Het besteedbaar inkomen van ondernemers is sterk gedaald sinds 1990: vooral zij in onder andere de horeca leven onder de armoedegrens. Toch blijft het aantal ondernemers stijgen.
Dit meldt Nu Zakelijk naar aanleiding van beleidsonderzoek van EIM. Het gemiddeld reëel besteedbaar inkomen van ondernemers (gecorrigeerd voor inflatie) nam tussen 1990 en 2005 jaarlijks met 1,8 procent af. Dat is een totale daling van dertig procent. Het inkomen van de gemiddelde werknemer bleef echter gelijk.
Oorzaken
De daling komt mede door de toegenomen diversiteit onder zelfstandigen. Waar starters eerst vooral mannen tussen de 34 en 50 jaar waren, zijn er nu ook veel vrouwen, allochtonen, ouderen en jongeren die kiezen voor ondernemerschap. De gemiddelde kwaliteit van ondernemerschap is wel gelijk gebleven.
Ook het percentage zelfstandigen zonder personeel (zzp) heeft invloed op het gemiddelde inkomen. Het percentage zzp’ers is toegenomen; zij hebben een beperkte ambitie om te groeien.
Armoedegrens
Een relatief groot deel van de ondernemers heeft een inkomen onder de armoedegrens. In 2004 ging het om zestien procent van de zelfstandigen. Bij zes procent van de ondernemers gaat dit om een structurele situatie.
Vooral vrouwelijke, jongere, alleenstaande en allochtone ondernemers hebben meer kans op een inkomen onder de armoedegrens. De lage inkomens komen relatief vaak voor in de agrarische sector, de detailhandel en de horeca.
Starters
Het aantal ondernemers is sinds 1990 sterk gestegen en blijft toenemen. Elk jaar kiest een nieuw record starters voor zelfstandig ondernemerschap. Starters worden niet bijzonder gedreven door financiële motieven, maar vooral door het gevoel van 'eigen baas zijn'.

